Usability

We zijn alweer aangekomen bij mijn laatste blogpost! En deze keer gaan we het hebben over usability. Usability is ook wel de gebruiksvriendelijkheid van een product. Het product moet aan bepaalde eisen voldoen. Usability van een product wordt bepaald door:

• Effectiviteit: mate waarin gebruiker in staat is het doel te bereiken.
• Efficiëntie: de mate van inspanning om een doel te bereiken (hoe minder hoe beter).
• Tevredenheid: heeft de bezoeker een prettige ervaring(zonder frustratie).

Een voorbeeld van usability zijn de zelfscanners bij de supermarkt. Normaal loop je door de winkel, leg je de boodschappen in je mandje, vervolgens op de band en daarna pak je ze weer in, maar met een zelfscanner kan je de producten zelf scannen en vervolgens al meteen netjes inpakken. Een zelfscanner is ook helemaal niet moeilijk om te gebruiken. Er zit een grote knop op die je moet indrukken als je een product gaat scannen en vervolgens verschijnt het product op het scherm met de prijs. Op deze manier kan je ook heel makkelijk bijhouden hoeveel je uitgeeft. Als je bij de kassa aankomt leg je de zelfscanner op de band en hoef je uiteindelijk alleen nog maar te betalen. Dit is erg handig omdat op deze manier de rijen bij de kassa korter worden en je hoeft bij de kassa niet meer te haasten met inpakken. De usability van een zelfscanner is dus erg goed.

Ik hoop dat voor jullie duidelijk is geworden wat usability betekend en dat jullie met plezier al mijn blogposts hebben gelezen! Ook hoop ik dat jullie er iets van hebben geleerd.

The AXE effect..

Het is alweer tijd voor de vierde blog! En deze keer ga ik iets vertellen over storytelling. Wat is storytelling nou precies? Storytelling betekent heel simpel, het vertellen van een verhaal. Nou ga je hierbij misschien denken aan boeken en films. Maar heb je wel eens aan reclames gedacht? Storytelling is van nature de manier waarop mensen communiceren. Verhalen zijn daarom erg effectief en krachtig als communicatiemiddel voor campagnes. In reclames worden dus ook verhalen verteld. Het doel ervan is natuurlijk dat jij het product gaat aanschaffen en als het een goede reclame is, dan blijft de reclame je hoogst waarschijnlijk ook bij.
Maar wat is nou een goede reclame?

Er rennen honderden vrouwen door het bos, allemaal dezelfde richting op. Ze gaan allemaal naar het strand. Op het strand zie je honderden vrouwen uit het water en uit alle hoeken komen. Dan staat er ineens een man.. Hij is wild met deo over zich heen aan het spuiten. De vrouwen worden hierdoor aangetrokken en ze lopen allemaal op de man af. De man kijkt blij. Dit is wat hij wou bereiken.

Dit is een reclame van het merk AXE. Door middel van deze reclame wil AXE overbrengen dat wanneer je hun deodorant gebruikt je hordes vrouwen achter je aan krijgt. En zeg nou zelf, welke man wil dat nou niet? Ik vind dit een hele goede reclame omdat het grappig is maar toen deze reclame voor het eerst op TV was vroeg ik me ook af wat al die vrouwen gingen doen. Het is een reclame die is blijven hangen en het is kenmerkend geworden voor AXE. De deodorant die hordes vrouwen aantrekt.

Ik vind dit een zeer goede reclame omdat het goed weergeeft wat AXE wil bereiken met de reclame. Ook is dit nu een soort middel geworden waaraan AXE herkend wordt. Maar niet alleen deze reclame is goed. Na deze reclame heeft AXE nog een aantal andere verschillende reclames gemaakt en natuurlijk met hetzelfde thema.

Ik hoop dat met behulp van deze blog voor jullie duidelijk is geworden wat storytelling is en waarom het belangrijk is. Kan jij nu een aantal voorbeelden opnoemen van succesvolle reclames?

The AXE effect reclame:

Weet je nog die verschrikkelijk lelijke CROCS?! Was dat nou een trend, een hype of een rage?

Lego, crocs en flippo’s. Wie kent deze producten nou niet? Vandaag ga ik deze drie producten gebruiken om uit te leggen wat trends, hypes en rages zijn!

Trends
Een trend is iets van lange duur. Iets wat voor een lange tijd erg populair is. Hierbij kan je denken aan bijvoorbeeld Lego. Lego is al een aantal jaren erg populair. Maar naast Lego kan je bijvoorbeeld ook denken aan Barbie. Vroeger toen wij nog klein waren speelde we allemaal met Lego en Barbies. Nu zijn wij inmiddels opgegroeid en kijken wij niet meer om naar deze producten. Maar de jeugd van vandaag speelt er nog steeds mee!

Hypes
Een hype is iets wat tijdelijk populair is. Hierbij kan je denken aan die verschrikkelijk lelijke Crocs. Die plastic felgekleurde schoenen. Of zoals ik ze liever noem de boeren klompen 2.0. In de zomer van 2008 begon iedereen spontaan deze felgekleurde horror schoenen te dragen. Ze waren niet te missen! En nu? Nu zie je ze nergens meer. Ja, af en toe loopt er nog een verdwaalde huisvrouw met drie boodschappen tassen vol met eten over straat die deze afschuwelijke schoenen draagt. Maar verder is deze hype gelukkig uitgestorven.

Rages
Een rage is iets wat je doet of verzameld en van korte duur is. Over de jaren heen zijn er heel erg veel verschillende rages geweest. Je kan hierbij denken aan knikkers, flippo’s en de honderden verschillende Diddl blaadjes die je vroeger waarschijnlijk wel hebt verzameld.

En dan nu het Lomen. Is dit dan de rage van 2014? Overal in de winkel kan je loombandjes halen en er vervolgens bijvoorbeeld armbandjes mee maken. Iedereen doet het. Jong en oud. Maar waar valt het lomen nou eigenlijk onder? Ik denk dat het lomen bij een rage blijft en over een tijdje niet meer populair is onder de bevolking. En wat denk jij? Zijn de loombandjes een trend, een hype of een rage?

Social Media. Is het dan toch ergens goed voor?

Iedereen weet hoe het internet werkt en iedereen kent verschillende Social Media zoals bijvoorbeeld Twitter, Facebook en Instagram. Op deze Social Media kan je klakkeloos je gedachten vertellen en iedereen kan erop reageren. Aan de ene kant lijkt het best nutteloos want waarom zou iedereen willen weten wat jij denkt? Maar sinds de komst van Social Media is het voor bedrijven en consumenten veel makkelijker geworden om met elkaar te communiceren en ik ga aan je uitleggen waarom.

Vroeger toen web 1.0 werd geintroduceerd werd er veel gebruik gemaakt van one-to-many communicatie. Dit houdt in dat één(one) zender een bericht verstuurd naar meerdere(many) ontvangers, maar de ontvangers kunnen hier niet op reageren. Daarna werd web 2.0 geintroduceerd en werd many-to-many communicatie mogelijk gemaakt. Many-to-many betekend dat de zender en de ontvanger kunnen communiceren met elkaar en hierin speelt Social Media een belangrijke rol.

Door de komst van Social Media kan de consument zijn of haar mening over een product delen met de wereld en is het makkelijker geworden om contact op te nemen met het bedrijf. Voor een bedrijf is het handig om te weten of hun product in de smaak valt bij de consument, maar voor de consument zelf is het ook handig om te weten of het product bij andere consumenten in de smaak valt. Dit kan toch de doorslag geven om een bepaald product wel of juist niet te kopen. Bedrijven zijn hier bewust van en door het gebruik van Social Media kunnen ze dus veel feedback over hun producten krijgen en kunnen ze hun producten verbeteren. Maar de consument kan op deze manier ook meer betrokken worden bij het bedrijf. Hierbij kan je denken aan verschillende win acties die worden gehouden op verschillende Social Media maar ook klachten kunnen sneller worden behandeld.

Ik vind dat Social Media vele voordelen heeft, maar natuurlijk zijn er ook nadelen. Want dat berichtje dat je plaatst kan iedereen zien en in veel gevallen kunnen mensen ook anoniem berichten plaatsen en anoniem negatieve commentaar geven over een product. Maar desondanks vind ik de komst van Social Media geweldig en is het een prachtige uitvinding. Nou ben ik heel erg benieuwd naar wat jij van Social Media vind. Heeft het in jou ogen meer voordelen of meer nadelen?

Bedankt voor het lezen van mijn derde blog en tot de volgende keer!

Iconische, indexicale en symbolische content relaties

Hallo allemaal,

In mijn vorige blog heb ik jullie wat verteld over multimediale, crossmediale en transmediale concepten. In deze blog ga ik jullie iets vertellen over de drie basisrelaties van content: de iconische, indexicale en symbolische relatie. Deze basisrelaties houden verband met de conceptvormen van mijn vorige blog.

Iconische content relatie
De inconische content relatie houdt verband met het multimediale concept, omdat hierbij ook hetzelfde verhaal over verschillende media wordt verspreid. We nemen als voorbeeld de reclame folder van Kruidvat die iedereen thuis in de brievenbus krijgt. Dezelfde reclame folder kan je ook op de website van kruidvat bekijken. Van de folder heb je dus een papieren en digitale versie. Een ander voorbeeld voor een iconische content relatie is bijvoorbeeld de Telegraaf. Elke dag ligt er een nieuwe krant in de winkel maar dezelfde nieuwtjes zijn ook op de website van de Telegraaf te lezen.

Indexicale content relatie
Indexicale content is verwijzend. Het wijst van het ene medium naar het andere medium. Indexicale content relatie staat in verband met het crossmediale concept omdat ze elkaar versterken.
We nemen als voorbeeld Lexa.nl. De datingsite heeft een reclamespotje op TV maar ze maken ook reclame via de radio. Op allebei de platformen communiceren ze hetzelfde bericht en verwijzen ze door naar de website. Een ander voorbeeld is de TV zender 24Kitchen. Hierop zijn allemaal verschillende kookprogramma’s te zien maar bij alle programma’s wordt wel doorverwezen naar de site, zodat je daar het recept op kan zoeken en de uitleg voor het bereiden van het recept nog eens rustig kan bekijken.

Symbolische content relatie
Het symbolische content staat in verband met het transmediale concept omdat de verschilende media los van elkaar staan en zonder elkaar overeind kunnen blijven staan. Het doel van de symbolische content relatie is een bepaald gevoel bij de consument opwekken. Als voorbeeld gebruiken we hier de reclame van Arke. De reclames van arke drukken rust en ontspanning uit. In de reclames zie je vaak mooie stranden, zwembaden en alles wat met een fijne vakantie te maken heeft. Het doel is om de consument in een vakantie stemming te brengen en over te halen naar het reisbureau of naar arke.nl te gaan en een vakantie te boeken. Een ander voorbeeld voor een symbolische content relatie is bijvoorbeeld Resident Evil. Dit voorbeeld gebruikte ik ook in mijn vorige blog. Resident Evil heeft verschillende games en films, maar ze wekken wel beide hetzelfde idee op bij de consument namelijk horror en zombies.

Ik hoop dat voor jullie duidelijk is geworden wat deze drie verschillende content relaties inhouden en dat jullie plezier hebben gehad met het lezen van mijn blog.

Tot snel!

Multimediale-, crossmediale- en transmediale concepten.

In deze blog ga ik aan jullie uitleggen wat multimediale-, crossmediale- en transmediale concepten inhouden. Ik zal de begrippen aan de hand van een aantal voorbeelden uitleggen, zodat je een beter beeld krijgt van de situatie.

Multimediaal concept
Een multimediaal concept houdt in dat exact hetzelfde verhaal door verschillende vormen van media wordt verspreid. Soms wordt het verhaal een beetje aangepast voor het medium. In het voorbeeld hieronder zal ik uitleggen waarom een verhaal soms aangepast wordt.
Een voorbeeld van een multimediaal concept is bijvoorbeeld een verfilming van populaire boeken zoals The Fault In Our Stars en Harry Potter. Boeken zijn vaak heel erg uitgebreid en bij een film is dit natuurlijk niet altijd mogelijk. Voor een film worden dan de belangrijkste delen uit het boek gesorteerd en de gebeurtenissen die niet relevant zijn worden weggelaten. Het multimediale concept wordt hier toegepast doordat het verhaal een boek- en een filmversie heeft en de filmversie kan op TV verschijnen maar ook op DVD worden uitgebracht. Tevens kan er van het boek een digitale versie op een E-reader verschijnen.

Crossmediaal concept
Een crossmediaal concept houdt in dat er gebruik wordt gemaakt van verschillende media, maar in tegenstelling tot het multimediale– en transmediale concept vullen bij crossmediale concepten de verschillende vormen van media elkaar aan.
Hierbij kan je denken aan bijvoorbeeld Expeditie Robinson. Dit programma wordt uitgezonden op TV. Ze hebben echter ook een website waar verschillende soorten van informatie kunnen worden gevonden. Daarnaast hebben ze een quiz geïntegreerd en kun je gemiste afleveringen terug kijken.

Transmediaal concept
Een transmediaal concept houdt in dat de verschillende vormen media die worden gebruikt onafhankelijk zijn van elkaar. Ze hebben elkaar niet nodig en kunnen zonder elkaar prima overeind blijven staan.
Een voorbeeld hiervan is bijvoorbeeld het spel Resident Evil. Het eerste spel is ontwikkeld in 1996. In de loop der jaren zijn er nog verscheidene titels aan toegevoegd. Na het succes van de spellen hebben de ontwikkelaars ervoor gekozen om de serie te verfilmen. Het verhaal van de films wijkt echter af van het verhaal van de spellen en daardoor hoef je bijvoorbeeld niet de spellen te spelen om vervolgens de film te kunnen begrijpen. Ze hebben beide een eigen verhaal en zijn dus onafhankelijk van elkaar.

Bedrijven hoeven zich echter niet vast te houden aan één concept. Vaak worden deze concepten samengevoegd en aangepast naar de wensen van de bedrijven. Ik hoop dat met behulp van mijn blog voor jou duidelijk is geworden wat deze drie conceptvormen inhouden. Kan jij nu ook een aantal voorbeelden opnoemen bij de verschillende concepten? Ik hoop dat je plezier hebt gehad met het lezen en ik hoop je snel terug te zien!